HOU VOL!!

De afgelopen weken  was het weer een ware volkverhuizing naar onze lokale schaatsbaan van de vereniging “Hou vol”, dit herinnert me aan die leuke tijd die ik vroeger heb meegemaakt op deze ijsbaan.

Het was een ijskoude zaterdag in januari 1978  toen ik voor het eerst naar de schaatsbaan ging van de schaatsvereniging “Hou vol”. Mijn vader had bij Pop Fischer een paar “houtjes” gekocht. Het enige goede aan die “houtjes” was dat je je schoenen aan kon houden. Voor de rest was het een grote toer om je schoenen in enige mate stabiel op de houtjes te bevestigen . Bij elke moeizaam gehaald rondje kon je de zaak weer strakker trekken en vastknopen, omdat je weer half naast de schaatsen stond. En ik had nota bene net pas mijn strikdiploma gehaald. Het fijne was dat bij de ijzige kou je ook nog met je blote handen de zaak moest klaren, want met je grote wanten was je alleen nog maar in staat je snottebel weg te vegen. Ja dat was mijn eerste leuke ervaring met het schaatsen.

Het jaar daarop vond ik dat ik klaar was voor het grote werk en ging opnieuw met mijn vader naar Pop. Daar zouden we dan mijn eerste tweedehandse hoge noren kopen. Helaas was mijn vaders budget niet zo groot om die blinkende vikings te kopen en moest ik me tevreden stellen met die vierdehands gekneuterde leren schaatsen die twee maten te groot waren. Ze moesten immers nog de komende twee jaren meegaan.
Op de weg naar huis hoorde ik al de Duitse Schlager muziek van de ijsbaan galmen.  Snel thuis mijn twee paar wollen sokken en groene rubber laarzen aangetrokken en op naar de ijsbaan met mijn nieuwe noren. Bij het ombinden van mijn schaatsen, zittend op die koude roestige balken, zag ik al die grote heren langs me flitsen. Ook hun soepele pootje over ontging mij niet. Mijn schaatsen waren extra strak omgebonden en ik kon nu mijn eerste slagen wagen. Na een paar dagen oefenen en zwoegen was mijn schaatsstijl nog steeds geen poch. Na een paar rondjes stond ik scheef op de schaatsen en leek mijn stijl meer nog op een houterige Oost-Duitse schaatsster, maar op een dag zou ik ook zo rond flitsen als die snelle heren.

Weer een jaar later stond `opa Sikkens` voor onze deur om weer meer kaartjes te verkopen dan we eindelijk nodig hadden. En nu maar weer hopen dat het ging vriezen. Niet dus! Het bleef dat jaar helaas alleen maar bij het kijken naar de jaarlijkse EK en WK schaatsen, waar Eric Heiden in zijn fel gele schaatspak het ene wereldrecord na de andere behaalde.  De Nederlanders waren in die tijd nog niet zo goed  als vandaag. We hadden onze Hilbert van der Duim die nota bene over een kwakje vogelpoep uitgleed en buiten de prijzen viel.

Misschien zou het volgend jaar beter schaatsweer worden, maar eerst nog stond ons nog een mooie lente te wachten.

Tot dan. 

 

LEONARDUS